Grondslagen voor resultaatbepaling
De jaarrekening is opgesteld volgens het stelsel van baten en lasten. Dit houdt in dat baten en lasten, ongeacht of ze tot betaling of ontvangst hebben geleid, worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. Indirecte kosten worden indien mogelijk direct toegerekend aan het betreffende taakveld. In andere gevallen worden deze (indien van toepassing) via verdeelsleutels, die vooraf zijn vastgesteld bij het opmaken van de begroting van het betreffende boekjaar aan de taakvelden toegerekend.
Grondslagen balans
De hiervoor opgenomen balans voldoet aan de voorschriften uit het BBV en de in de vorige alinea opgenomen algemene grondslagen. Deze voorschriften en grondslagen zijn gericht op een juiste en getrouwe waardering van de in de balans 2022 opgenomen activa en passiva.
Activa
Afschrijvingsmethode
Bij voorkeur wordt gekozen voor lineaire afschrijving. Bij uitzondering kan gekozen worden voor annuïtaire afschrijving, zoals bijvoorbeeld bij investeringen in riool en afval, waarvoor in principe kostendekkende tarieven worden gehanteerd.
Vaste activa
Immateriële vaste activa
De immateriële vaste activa worden gewaardeerd tegen de verkrijgings- c.q. vervaardigingprijs verminderd met de afschrijvingen en waardeverminderingen die naar verwachting duurzaam zijn. Eventuele van derden verkregen specifieke investeringsbijdragen worden in mindering gebracht op het geactiveerde bedrag (artikel 62 lid 2 BBV) . Hierbij wordt de verkregen bijdrage als bate verantwoord.
Kosten verbonden aan het sluiten van geldleningen en het saldo van agio en disagio
Afsluitkosten van opgenomen geldleningen worden afgeschreven gedurende de restant looptijd van de lening van de betrokken geldlening.
Kosten van onderzoek en ontwikkeling van een bepaald actief
De kosten van onderzoek en ontwikkeling worden in 5 jaar afgeschreven. De afschrijving van de geactiveerde kosten van onderzoek en ontwikkeling start bij ingebruikneming van het gerelateerde materiële vast actief.
Bijdrage aan activa in eigendom van derden
Bijdragen aan activa in eigendom van derden zijn gewaardeerd tegen het bedrag van de verstrekte bijdragen, verminderd met afschrijvingen. De verleende bijdragen worden afgeschreven in de periode waarin het betrokken actief van de derde op basis van de door de gemeente gestelde voorwaarden moet bijdragen aan de publieke taak.
Materiële vaste activa
Materiële vaste activa worden gewaardeerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingprijs. De verkrijgingsprijs omvat de inkoopprijs en de bijkomende kosten. De vervaardigingsprijs omvat de aanschaffingskosten van de gebruikte grond- en hulpstoffen en de overige kosten, die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend. In de vervaardigingsprijs kunnen verder worden opgenomen: een redelijk deel van de indirecte kosten en de rente over het tijdvak die aan de vervaardiging worden toegerekend. In dat geval vermeldt de toelichting dat deze kosten worden geactiveerd.
Investeringen met economisch nut
Deze materiële vast activa zijn gewaardeerd tegen de verkrijgings- of vervaardigingprijs. Specifieke investeringsbijdragen van derden worden op de desbetreffende investeringen in mindering gebracht.
Op grondbezit met economisch nut (buiten de openbare ruimte) wordt niet afgeschreven.
Investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven
Wanneer investeringen grotendeels worden gedaan voor de volgende doelen, worden ze op de balans opgenomen in een aparte categorie: riolering, het inzamelen van huishoudelijk afval of rechten, die op grond van de art. 229, lid 1 a en b Gemeentewet worden geheven.
Investeringen in de openbare ruimte met uitsluitend maatschappelijk nut
Investeringen met een maatschappelijk nut worden, evenals investeringen met een economisch nut, geactiveerd en over de verwachte toekomstige gebruiksduur afgeschreven. Vanaf 2017 mogen investeringen met een maatschappelijk nut niet meer ineens worden afgeschreven en mogen reserves niet meer in mindering worden gebracht. De verplichting om alle investeringen te activeren volgens de ‘nieuwe’ methode geldt alleen voor investeringen die vanaf het begrotingsjaar 2017 worden gedaan.
Bij vervreemding van het activum, wordt de restant boekwaarde ineens afgeschreven ten laste van de rekening van baten en lasten.
Financiële vaste activa
Onder financiële vaste activa vallen kapitaalverstrekkingen, leningen, overige langlopende leningen, uitzettingen in ’s Rijks schatkist met een rentetypische looptijd van één jaar of langer, uitzettingen in de vorm van Nederlands schuldpapier met een rentetypische looptijd van één jaar of langer en overige uitzettingen (waaronder beleggingen) met een rentetypische looptijd van één jaar of langer. De waardering is tegen nominale waarde (verstrekte waarde, verminderd met aflossingen en andere terugontvangsten). Er wordt niet op afgeschreven. Bij noodzakelijke afwaardering van financiële activa wordt het verschil in één keer als een last genomen in de rekening van baten en lasten.
Voorraden
Onderhanden werk, gronden in exploitatie
De als onderhanden werken opgenomen bouwgronden in exploitatie zijn gewaardeerd tegen de vervaardigingsprijs dan wel de lagere marktwaarde. De vervaardigingsprijs omvat de kosten die rechtstreeks aan de vervaardiging kunnen worden toegerekend (zoals grondaankopen en kosten van bouw- en woonrijp maken) en rentekosten, berekend zoals voorgeschreven in het BBV en de administratie- en beheerskosten.
Voor winstneming geldt de percentage- of completion methode: voor zover gronden zijn verkocht en opbrengsten zijn gerealiseerd kan tussentijds naar rato van de voortgang van de grondexploitatie winst worden genomen. Indien wordt voldaan aan de volgende voorwaarde, bestaat er voldoende zekerheid om winst te kunnen nemen:
- Het resultaat op de grondexploitatie kan betrouwbaar worden ingeschat;
- De grond (of het deelperceel) moet zijn verkocht;
- De kosten zijn gerealiseerd (winst wordt naar rato van de realisatie gerealiseerd).
Zolang daarvan geen sprake is, worden de verkregen verkoopopbrengsten volledig op de vervaardigingskosten in mindering gebracht.
Uitzettingen, looptijd korter dan een jaar (artikel 39)
Vorderingen
Vorderingen worden gewaardeerd tegen nominale waarde. Voor verwachte oninbaarheid is een voorziening in mindering gebracht. De voorziening wordt bepaald op basis van de geschatte inningskansen.
- vorderingen met betrekking tot het jaar ‘rekeningjaar (2022)’ voor 100%
- vorderingen met betrekking tot het jaar ‘rekeningjaar - 1 (2021)’ voor 75%
- vorderingen met betrekking tot het jaar ‘rekeningjaar - 2 (2020)’ voor 50%
- vorderingen met betrekking tot het jaar ‘rekeningjaar - 3 (2019)’ voor 25%
- vorderingen met betrekking tot het jaar ‘rekeningjaar - 4 of ouder’ voor 0%
Liquide middelen
De liquide middelen staan ter vrije beschikking en worden gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Overlopende activa
De posten worden verantwoord tegen de nominale waarde. Het betreft vooruitbetaalde bedragen die betrekking hebben op 2023, maar al in 2022 zijn voldaan en nog te ontvangen bedragen die betrekking hebben op 2022 en overige overlopende activa.
Vaste passiva
Eigen vermogen
Onder het eigen vermogen zijn opgenomen: de algemene- en bestemmingsreserves en het saldo van de rekening van baten en lasten. De reserves worden onderscheiden naar:
• de algemene reserve;
• overige bestemmingsreserves.
Voorzieningen
Voorzieningen worden gewaardeerd op het nominale bedrag van de betrokken verplichting c.q. het voorzienbare verlies. De pensioenverplichting ten behoeve van de (voormalig) wethouders is echter tegen contante waarde van de toekomstige uitkeringsverplichtingen gewaardeerd. De onderhoudsegalisatievoorzieningen zijn gebaseerd op een meerjarenraming van het uit te voeren groot onderhoud aan (een deel) van de gemeentelijke kapitaalgoederen, waarin rekening is gehouden met de kwaliteitseisen die daarvoor zijn geformuleerd.
Vaste schulden langer of gelijk aan 1 jaar
Vaste schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde, verminderd met gedane aflossingen. De vaste schulden hebben een rentetypische looptijd van één jaar of langer.
Vlottende schulden < 1 jaar
De kortlopende schulden met een looptijd niet langer dan 1 jaar, zijn gewaardeerd tegen de nominale waarde.
Overlopende passiva
De posten worden verantwoord tegen de nominale waarde. Het betreft vooruitontvangen bedragen die betrekking hebben op 2023, maar al in 2022 zijn ontvangen, nog te betalen bedragen die betrekking hebben op 2022 en overige overlopende passiva.
Niet uit de balans blijkende verplichtingen en rechten
Onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen en rechten wordt verstaan:
- borg- en garantstellingen die door de gemeente zijn afgegeven aan derden;
- huur- en leaseverplichtingen naar derden;
- overige verplichtingen en rechten.
Grondslagen voor resultaatbepaling
De jaarrekening is opgesteld volgens het stelsel van baten en lasten. Dit houdt in dat baten en lasten, ongeacht of ze tot betaling of ontvangst hebben geleid, worden toegerekend aan het boekjaar waarop ze betrekking hebben. Het boekjaar is gelijk aan het kalenderjaar. Indirecte kosten worden indien mogelijk direct toegerekend aan het betreffende taakveld. In andere gevallen worden deze (indien van toepassing) via verdeelsleutels, die vooraf zijn vastgesteld bij het opmaken van de begroting van het betreffende boekjaar, aan de taakvelden toegerekend.
Grondslagen balans
De hiervoor opgenomen balans voldoet aan de voorschriften uit het BBV en de in de vorige alinea opgenomen algemene grondslagen. Deze voorschriften en grondslagen zijn gericht op een juiste en getrouwe waardering van de in de balans 2022 opgenomen activa en passiva.
Eigen bijdragen op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning
Een aanvrager van een voorziening op grond van de WLZ en de WMO (zoals hulp in de huishouding, begeleiding, hulp- en vervoersmiddelen of beschermd wonen) is op grond van de Wmo een bijdrage verschuldigd. De wetgever heeft bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het CAK. De informatie van het CAK (om privacyredenen beperkt) is ontoereikend om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen.
Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen op grond van de Wmo geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dit betekent dat door de gemeenten geen zekerheden omtrent omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen.
Overig
Bij de financiële cijfers worden lasten met een positief getal weergegeven en baten met een negatief getal. Dat betekent dat een positief saldo met een negatief getal wordt weergegeven en een negatief saldo met een positief getal. Onttrekkingen uit de reserves zijn voor de exploitatie een bate en dus een negatief getal. Toevoegingen aan de reserves zijn lasten voor de exploitatie en dus een positief getal. Voor de leesbaarheid is gekozen om bedragen af te ronden op € 1.000. Het kan gebeuren dat hierdoor bij afronding een minimaal verschil optreedt. Daar waar bedragen op € 1 staan, wordt dit toegelicht.